Polen – Wortel, 1951
Op 2 april 1951 arriveert Wincent Adamowicz in de Kolonie van Weldadigheid in Wortel, Hoogstraten, ook wel gekend als het ‘bedelaarsgesticht’. Enkele weken voordien was hij in Antwerpen veroordeeld tot 3 maanden ter beschikking van de regering wegens landloperij. Hij had geen papieren, maar woonde al 4 jaar in België. Daar kwam hij terecht nadat hij tijdens WO II, in dienst van het Poolse leger, heel Europa doorkruist was. In Polen had hij gewerkt als kleermaker, net als zijn vader, maar bij het uitbreken van de oorlog in 1940, werd hij verplicht om mee te gaan strijden. Eerst in Duitsland, dan Roemenië, daarna Zwitserland, Frankrijk, Engeland, Italië en België. Na de wapenstilstand mocht hij kiezen om in Engeland of België te blijven. Omdat hij in Antwerpen een vrouw had leren kennen, koos hij voor België. Hij ging terug aan de slag als kleermaker, maar had het moeilijk om een vaste job te vinden. Toen hij zijn kamer niet meer kon betalen, verwittigde zijn huurbazin de politie. Dat spijtige voorval leidde tot zijn veroordeling en onvrijwillige komst naar de Kempen, waar hij gedwongen zou worden om zijn leven verder uit te bouwen. Hoe het hem daarna vergaan is, weten we niet.
Bron: Project Dwaallichten, Rijksarchief Antwerpen-Beveren